Aaltjes vormen een terugkerend zorgpunt in de vaste plantenteelt. Om deze reden moeten o.a. Aconitum, Astilbe en Pioen verplicht een warmwaterbehandeling ondergaan tegen bladaaltjes voordat deze geëxporteerd mogen worden naar VS of Canada (via PSI (Pre Shipment Inspection). Een belangrijk nadeel van deze verplichting is dat door de warmwaterbehandeling ook de aangelegde bloemknop wordt gedood. Geëxporteerde planten bloeien dan niet in het eerste jaar na export, waardoor dit product een achterstand oploopt met lokaal in VS of Canada produceerde planten.
 
Verder geldt voor vaste planten voor export (PSI) een nultolerantie voor wortelknobbelaaltjes. Zodra de typische wortelknobbels worden ontdekt in een partij, wordt deze afgekeurd voor export. Er zijn maar weinig mogelijkheden om planten vrij te krijgen van deze aaltjes. Warmwaterbehandeling geeft op zich een goede bestrijding, maar dit is maar voor een beperkt sortiment vaste planten een optie, omdat deze methode gemakkelijk schade aan de plant veroorzaakt. Voor een goede bestrijding van wortelknobbelaaltjes is minimaal 1 uur 43,5 graden nodig, maar er zijn weinig soorten planten die dit zonder enige schade kunnen doorstaan. Een CATT behandeling kan voor deze gewassen een vervanging voor de warmwaterbehandeling zijn, met naar verwachting wel bestrijding en geen schade.

CATT staat voor Controled Atmosphere Temperature Treatment, en is een methode, waarbij planten gedurende 1 of enkele dagen in een warme lucht gezet worden (temperatuur 35-40 graden), tegelijkertijd wordt het gasmengsel in de cel aangepast (minder zuurstof, hoger CO2). Door deze onderdelen te combineren kan het gewas meer hebben, terwijl de plaag wel aangepakt wordt. Bij aardbei bleek dit heel succesvol tegen aardbeimijt (ca. 35 graden). Vervolgens bleek dat door de temperatuur te verhogen (ca. 40 graden) tegelijkertijd ook wortelknobbelaaltjes bestreden kunnen worden, zonder schade aan de aardbeiplant.
In oriënterende proeven van afgelopen jaren komt naar voren dat de CATT-methode ook voor vaste planten een interessante optie is. In het geval van Astilbe blijkt dat de bloemen wel blijven behouden na een CATT-behandeling, terwijl er een duidelijke aaltjesbestrijding is (onderbouwde cijfers afdodingspercentage ontbreken nog). De doelstelling is om CATT-behandeling door te ontwikkelen voor vaste planten, zodat deze methode als alternatief voor de verplichte warmwaterbehandeling voor export wordt erkend. Daarnaast biedt CATT-behandeling een alternatief voor gewassen die intolerant zijn voor een warmwaterbehandeling, zodat aaltjes in deze gewassen toch op een niet-chemische methode bestreden kunnen worden. Hiervoor is het nodig uitgebreide testen te doen naar bestrijdende werking op (blad)aaltjes en de gewasreactie.
 
Plan van aanpak
Deze projectaanvraag maakt onderdeel uit van een groter geheel. Er is een consortium gevormd van 7 vaste plantenkwekers, Koelbedrijf Van Acht, Wageningen UR (PPO en FBR) en Has Hogeschool. Gezamenlijk wordt een onderzoeksprogramma opgezet om de CATT-methode in komende 2-3 jaar door te ontwikkelen tot een praktijkrijpe methode.
De volgende planning is voorzien in het projectplan:
Oktober- december 2015

  • Beoordelen van uitgevoerde proeven naar gewasgevoeligheid voor CATT-behandeling bij deelnemende kwekers in veldsituatie (overleving, vitaliteit, opbrengst). (PPO, Has Hogeschool)
  • Groepsbijeenkomst met deelnemers voor het bespreken van resultaten en plannen. (PPO, FBR, Has Hogeschool)

De bijdrage van het IDC Bollen en Vaste planten zal met name voor dit onderdeel in 2015 gebruikt worden, dus vooral als een soort voorstudie/opstart voor het grotere geheel dat vanaf 2016 start.
 
2016:

  • Gewasgevoeligheid bepalen dmv opplanten bij kwekers. Gezamenlijk worden 2-3 CATT-behandelingen uitgevoerd bij Van Acht. Hierbij wordt gedurende het groeiseizoen de opkomst, bloei, vitaliteit en oogstgewicht beoordeeld. (PPO, FBR, Has Hogeschool)
  • De factoren vaststellen die bepalend zijn voor het verminderen/verergeren van schade. O.a. risico op uitdroging (wat is juiste verpakking tijdens behandeling), juiste manier van afkoelen, mogelijkheden tot langdurige bewaring na CATT-behandeling. (PPO, FBR, Has Hogeschool)
  • Aaltjesbestrijding van CATT-behandeling vaststellen (wortelknobbelaaltjes, wortellesie-aaltjes en bladaaltjes) d.m.v. CATT-behandeling van aaltjesbesmette partijen; hierbij worden meerdere varianten van CATT-behandelingen betrokken. Ook wordt de vergelijking gemaakt met de huidig verplichte warmwaterbehandeling. Voor internationale erkenning van de CATT- methode als alternatief voor warmwaterbehandeling (m.n. exportmarkten VS en Canada) zullen proeven worden uitgevoerd volgens EPPO-richtlijnen. (PPO, FBR, Has Hogeschool)
  • 3 groepsbijeenkomsten met deelnemers voor het bespreken van resultaten en plannen. (PPO, FBR, Has Hogeschool)

2017:  Herhalen/uitbreiden proeven uit 2016 afhankelijk van resultaten eerdere seizoen.

  • Gewasgevoeligheid bepalen dmv opplanten bij kwekers. Gezamenlijk worden 2-3 CATT-behandelingen uitgevoerd bij Van Acht. Hierbij wordt gedurende het groeiseizoen de opkomst, bloei, vitaliteit en oogstgewicht beoordeeld. (PPO, FBR, Has Hogeschool)
  • De factoren vaststellen die bepalend zijn voor het verminderen/verergeren van schade. O.a. risico op uitdroging (wat is juiste verpakking tijdens behandeling), juiste manier van afkoelen, mogelijkheden tot langdurige bewaring na CATT-behandeling. (PPO, FBR, Has Hogeschool)
  • Aaltjesbestrijding van CATT-behandeling vaststellen (wortelknobbelaaltjes, wortellesie-aaltjes en bladaaltjes) d.m.v. CATT-behandeling van aaltjesbesmette partijen; hierbij worden meerdere varianten van CATT-behandelingen betrokken. Ook wordt de vergelijking gemaakt met de huidig verplichte warmwaterbehandeling. Voor internationale erkenning van de CATT- methode als alternatief voor warmwaterbehandeling (m.n. exportmarkten VS en Canada) zullen proeven worden uitgevoerd volgens EPPO-richtlijnen. (PPO, FBR, Has Hogeschool)
  • 3 groepsbijeenkomsten met deelnemers voor het bespreken van resultaten en plannen. (PPO, FBR, Has Hogeschool)

Resultaten van de proef zijn via GroenKennisnet te vinden en deze link.

 
Deelnemende organisaties
Deze projectaanvraag maakt onderdeel uit van een groter geheel. Er is een consortium gevormd van 7 vaste plantenkwekers, Koelbedrijf Van Acht, Wageningen UR (PPO en FBR) en Has Hogeschool. Gezamenlijk wordt een onderzoeksprogramma opgezet om de CATT-methode in komende 2-3 jaar door te ontwikkelen tot een praktijkrijpe methode.
 
Looptijd: 2015
Uitvoering:   PPO Bollen