Informatie van Groen Kennisnet
Bronnen over narcis 

narcis
©Wageningen University & Research

 

In het westen is de symbolische betekenis van de narcis ijdelheid en zelfzucht. Iemand die overloopt van zelfliefde noemen we ook een narcist. In oosterse landen heeft de narcis een geheel andere betekenis. Daar staat de bloem symbool voor een treurige liefde. Om elkaar eeuwige liefde te betuigen, sturen van elkaar gescheiden minnaars en geliefden dan ook een narcis, om zo het liefdesleed te verzachten. De oudste gekweekte narcis (sinds 1601) is de Dubbele Kampernelle, ook wel Narcissus Alba Odorus Plenus genoemd. Deze is te bezichtigen in Hortus Bulborum in Limmen.
 

Indeling Narcissen
De narcis (Narcissus) behoort tot het plantengeslacht Amaryllidaceae.
De bloemen van de narcis hebben een licht hangende kop met een achterdek en een trompet of kroon. Op basis van deze gegevens worden de narcissen ingedeeld in 12 divisies met elk een eigen nummer. Tevens worden de kleuren van achterdek en trompet met letter aangegeven. De letter is de eerste letter van de Engelse naam voor de betreffende kleur. Een narcis met de code 1-Y-YW behoort tot de eerste divisie, heeft een geel achterdek en een geelwitte trompet. De 12 divisies zijn:
1. Trompetnarcissen (trompet is groter of gelijk aan lengte achterdek)
2. Grootkronige narcissen (kroon meer dan 1/3 en minder dan de lengte het achterdek)
3. Kleinkronige narcissen (kroon kleinder dan 1/3 van het achterdek)
4. Dubbele narcissen (gevulde kroon)
5. Triandus narcissen (klein en bloemstengel 2-5 bloemen)
6. Cyclameus narcissen (achteroverliggende bloemdekbladeren, net als bij Cyclamen)
7. Jonquilla narcissen (geurend en 2 tot 6 bloemen per stengel)
8. Tazette narcissen (trosnarcissen)
9. Poeticus narcissen ( 1 bloem per stengel, licht geurend)
10. Species, wildvormen en wildhybriden
11. Spleetkronige narcissen
12. Overige
 
De narcis ken vele toepassingen: als tuinplant, al dan niet verwilderd, als potplant, met name de kleinbloemige soorten als snijbloem. Narcissen als snijbloem worden zonder blad aangevoerd ("potloodjes"), met vast blad ("pootjes") en narcissen met los blad.

Bijzonderheden
In de zomermaanden worden de voorjaarsbloeiers zoals de tulp, narcis, e.d. gerooid en door de telers aan de handelaren geleverd. Vanaf september tot december vindt de export plaats.

De narcis staat op de derde plaats van meest geteelde bolgewassen met een oppervlakte van ongeveer 1.700 hectare. De narcis is van oudsher een geliefd bolgewas met een vaste plaats in het bloembollensortiment. Veel gekweekt zijn nog altijd de trompet- en grootkronige narcissen, alhoewel er nog veel meer interessante typen narcissen bestaan. Totaal zijn er wel zo’n 2000 geregistreerde variëteiten! Er zijn er echter maar een vijftigtal op wat grotere schaal beschikbaar. De kleur bij de narcissen is overwegend geel, alhoewel ook wit, roze en oranje als kleur in de bloemen voorkomt. De gebruikswaarde ligt zowel in beplanting voor tuin of park als voor de snijbloementeelt. Van de kleinere narcissen is vooral de cultivar Tête-à-Tête erg geliefd en zelfs uitgegroeid tot de meest geteelde narcis met ongeveer 440 hectare. Het merendeel gebruikt men hiervan voor het broeien op potjes. Voor de bloembollenteelt worden de narcissen in de herfst geplant om ze in de zomer te rooien.
Tips voor de teelt van de narcis als snijbloem.
 
Ziekten en afwijkingen in Narcis In de beeldenbank van het Groen Kennisnet worden de belangrijkste ziekten en afwijkingen in narcissen door foto's verduidelijkt.